Samenzweringstheorieën

door François De Wit

Mensen willen graag begrijpen wat zich rond hen afspeelt. Wanneer er op politiek gebied iets gebeurt, dan is daar meestal een oorzaak voor te vinden. Nu valt het regelmatig voor dat er zich feiten voordoen waarvoor een officiële verklaring wordt gegeven. Een deel van de bevolking slikt deze versie, zeker wanneer alle masssamedia alleen deze versie verspreiden. Een kritischer deel van de bevolking vindt de officiële versie weinig plausibel, ontdekt misschien tegenstrijdigheden tussen feiten en verklaringen, en gaat op zoek naar een betere verklaring. Zo ontstaan dan wat men noemt samenzweringstheorieën. Soms ten onrechte, soms terecht. Op dit ogenblik is er bvb. nog altijd een officiële versie van de moord op de Amerikaanse president J.F. Kennedy, maar geen kat die dat nog gelooft, er zijn al te veel feiten aan het licht gekomen die het totaal onwaarschijnlijk maken dat ene Lee Oswald de president neergeschoten heeft. We zien dat de waarheid na verloop van tijd meestal aan het licht komt. Meestal.

Een antroposoof moet op zoek gaan naar de waarheid. Als hij De Morgen leest, dan zal hij ook het Vlaams Blok Magazine lezen, anders krijgt hij nooit een volledig beeld van de waarheid. Wanneer het conflict tussen het Oosten en het Westen permanent wordt, dan zal hij misschien wel Arabisch moeten leren om niet het gevaar te lopen door de Westerse propaganda misleid te worden (1a). En dat geldt niet alleen voor de antroposoof, iedere mens in het tijdperk van de bewustzijnsziel moet zijn denkkracht zodanig oefenen dat hij in staat is om als een honingbij de waarheid te puren uit de verschillende leugenbloemen, om het eens met een beeld te zeggen.
Moeten wij dan allemaal de hedendaagse politiek gaan volgen ?
Eigenlijk is dat onze plicht :

" Even erg in het moderne leven als van de ene kant het extreme kapitalisme, werkte van de andere kant de houding van : Ach wat bekommer ik mij om Ahriman ! Ahriman mag Ahriman blijven, ik leg mij toe op de impulsen van het innerlijkste van mijn ziel, ik geef mij over aan de geestelijke wereld, ik zoek de geestelijke wereld zoals ik die in mijn innerlijk kan vinden; mij interesseren de aangelegenheden van de ziel. Wat kan mij dit Ahrimanische geld - en kredietwezen, vermogen en bezit schelen ! Wat trek ik mij aan van het verschil tussen rente en intrest, tussen omzet en winst enzovoort. Ik zorg voor de aangelegenheden van mijn ziel ! –
Maar, zoals de mens een eenheid is naar lichaam, ziel en geest, zoals bij hem tussen geboorte en dood samengebonden zijn lichaam, ziel en geest, zo zijn in het uiterlijke bestaan samengebonden de impulsen die wij in ons innerlijk kunnen vinden en de impulsen die in de uiterlijke economische orde liggen.
En evenzeer schuldig aan de moderne katastrofe (W.O. I – fdw) zijn aan de ene kant de materialistische kapitalisten met hun denkwijze en houding, maar aan de andere kant ook diegenen die alleen maar vroom willen zijn, alleen maar geesteswetenschappelijk, die op hun eigen manier de geesteswetenschap abstract willen beperken en zich niet willen inlaten met het doordringen van de alledaagse werkelijkheid met een doortastend denken.
Dat is het wat mij telkens weer en weer aangezet heeft om u aan te porren om toch niet deze antroposofische geestesbeweging op te vatten als zondagnamiddagspreken die iemand in de ziel zo’n deugd doen omdat er over een eeuwig leven enz. gesproken wordt. U zoudt deze antroposofische beweging als een weg moeten nemen om de moderne opgaven van het bestaan die ons zo brandend tegemoet treden, werkelijk zinvol aan te pakken."
(GA 188, blz. 230)

Rudolf Steiner liep niet hoog op met de gewone geschiedschrijving. Hij noemde die vaak ‘fable convenue’, dus een verhaal dat de meeste mensen om emotionele of politieke redenen graag geloven, maar dat meestal heel ver af staat van de realiteit.
Hij heeft verschillende voordrachten gehouden om de propagandaleugens van de Geallieerden tegen te werken tijdens en na de Eerste Wereldoorlog.
Toen hij een licht wou werpen op de eigentijdse geschiedenis was hij verplicht om op de werking van bepaalde duistere groepen te wijzen. Ook hij presenteert dus een samenzweringstheorie. Is dit een reden om hem minder au serieux te nemen ? Volgens ons niet.
“ Samenzweringstheorie” heeft een negatieve bijklank gekregen, wat niet verwonderlijk is. Milieu’s die graag in het verborgene werken hebben er alle belang bij om verklaringen die hun activiteiten ontmaskeren af te doen als fantasieën of zelfs paranoia. Het komt erop aan om uit te maken : wat is aannemelijk, wat is onwaarschijnlijk ? En dat kunnen we alleen met ons gezond verstand.

Wat de geschiedenis betreft, moeten we ons oog scherpen voor kleine feiten en berichtjes die dikwijls een gans ander beeld laten doorschemeren dan wat de gewone geschiedschrijving ons presenteert.

We hebben reden om de gewone geschiedschrijving met het grootste wantrouwen te bekijken. Wat wij in onze jeugd leerden over onze vaderlandse geschiedenis moest een bepaald doel dienen : de liefde voor het koningshuis versterken, trouwe en loyale ambtenaren en soldaten kweken, de bestaande orde als rechtvaardig en (God)gegeven leren beschouwen. Om dat doel te bereiken mocht de waarheid al wat bijgekleurd worden, of vermengd worden met grotere en kleinere leugens.
We leerden dat na de slag van Waterloo het Congres van Wenen plaatsvond. Daar werden het latere België en Nederland samengevoegd tot één natie. In 1830 scheurde België zich los van Nederland en werd – met de goedkeuring van Engeland en Frankrijk – een zelfstandige natie.
Zo verliep het uiterlijk gezien. Maar om de vraag te beantwoorden waarom zoiets gebeurt, daarvoor moet men al wat dieper graven. Revolutionaire stemmingen ontstaan niet zomaar.

Een tijd geleden kregen wij een kopie toegespeeld van de nummers 21 en 22 van de “Rundbrief für die Leser und Freunde des Moskau-Basel Verlags - Symptomatologische Illustrationen”.
Daarin was een lang artikel opgenomen van Fjodor Koezmitsch over België. Hij verdiept zich in de vraag waarom juist Brussel de hoofdstad van de EU werd en waarom er eigenlijk een Belgische staat gecreëerd werd.
Na een eerste lezing stonden we tamelijk skeptisch : het is een verhaal van een geweldige samenzwering, er wordt een beeld van Leopold III geschetst dat op het eerste zicht ver af staat van het beeld dat we tegenwoordig van die koning hebben.
Daarbij zit het artikel zit niet echt goed ineen, het is niet altijd logisch opgebouwd, het onderscheid tussen hoofd- en bijzaken werd niet altijd gemaakt. Men heeft de indruk dat de opsteller een oudere tekst opnieuw bewerkt heeft, alinea’s bijgevoegd, meer belang heeft gehecht aan zijn persoonlijke herinneringen dan aan de gedocumenteerde geschiedenis, en zo de grote samenhang wat uit het oog verloren heeft. Zo krijgt men ook de indruk dat hij niet echt de vraag beantwoordt die hij in ’t begin van zijn artikel stelt.

Sinds die eerste lezing zijn er maanden voorbijgegaan. We lazen zelf verscheidene boeken die over die periode handelden, en daarnaast probeerden we ook een inzicht te krijgen in de Vlaamse / Belgische volksziel of –geest. En zo werd dit artikel toch nog interessant. Misschien klopt de theorie niet volledig, maar er zijn genoeg elementen die ons een stapje kunnen verder helpen op onze eigen zoektocht. We hebben de tekst bijna letterlijk overgenomen en vertaald.

Een uitgangspunt vormt een uitlating van Rudolf Steiner over België, waarin hij nochtans vermijdt om dit land bij naam te noemen. We weten dat Rudolf Steiner altijd zeer precies was in zijn formuleringen en we kunnen ons terecht de vraag stellen waarom hij de naam van het land niet vermeldt.
Het gaat om een passage in GA 167, blz. 104 :

“Bedenkt u eens wat men kan bewerkstelligen wanneer men beschikt over een dergelijk apparaat. Op een bijzonder efficiënte wijze is daarmee gewerkt, door terzelfdertijd zowel Jezuïeten als Vrijmetselaars in beweging te zetten, zonder dat noch de Jezuïeten, noch de Vrijmetselaars het zelf in de gaten hadden, in een bepaald land dat zo ongeveer in het Noordwesten van Europa ligt, tussen Holland en Frankrijk. Van daar waren bijzonder sterke werkingen uitgegaan, niet in de allerlaatste tijd, maar doorheen lange periodes, die zich zowel van de ene als van de andere stroming bedienden en die velerlei hebben kunnen bewerkstelligen.”

Het kan niet anders dan over België gaan. Waarom zegt Rudolf Steiner niet eenvoudigweg “België” ? Op deze vraag zullen we trachten te antwoorden in de volgende Brug.
Aan de hand van het artikel van Fjodor Koezmitsch proberen we nu dichter bij het raadsel van België te komen.



Waarom Brussel – Waarom België ?

Hoe een EU-hoofdstad gefabriceerd werd.

Door Fjodor Koezmitsj

Ongetwijfeld waren alle hoofdsteden van de eerste zes EEG-landen bereid geweest om te fungeren als EU-hoofdstad. Waarom is het dan precies Brussel geworden die deze rol mocht vervullen?

We moeten beginnen met twee aanwijzingen van Rudolf Steiner.
In verschillende voordrachten over de activiteiten van krachten achter de schermen, van occulte broederschappen (namelijk die van het Westen) benadrukt hij dat hun succes berust op het vermogen om het politieke klimaat te beïnvloeden, tientallen en zelfs honderden jaren op voorhand, om met zekerheid hun zetten te kunnen doen op het internationale schaakveld.
Daarbij hebben deze duistere ingewijden kennis van de volkszielen en hun opdrachten in de evolutie. Deze kennis verwerven ze op een bijzondere manier. (1b)
We moeten er ook van uit gaan ( ons baserend op o.m. GA 185 – Geschichtliche Symptomatologie) dat deze groeperingen door de juiste training overgegaan zijn van het gebruikelijke lichaamsgebonden denken naar een denken dat niet meer aan de hersenen gebonden is.
Dat maakt dat de uiterlijke geschiedenis of actualiteit nauwelijks nog bruikbaar is om de mensheids-ontwikkeling te begrijpen. Het gewone geschiedenisbeeld is ontsprongen aan het lichaamsgebonden denken en wendt zich tot het betreffende publiek.

Vooraleer we de vraag beantwoorden waarom Brussel EU-hoofdstad werd, moeten we eerst eens bekijken hoe en waarom België ontstond.
We kunnen vandaag de dag zonder omwegen stellen : België werd in de jaren 1830/1831 pasklaar ontworpen in Londen, in de jaren toen Engeland zich opgewerkt had tot wereldmacht, enkel en alleen door de opiumoorlog tegen China. (2) Schijnbaar ontstond het koninkrijk België zonder enig verband met die opiumoorlog, maar we zullen verder zien hoe dat samenhangt met de planning van de toekomst van Midden-Europa op lange termijn.
Een Duitse prins uit het vorstenhuis Saksen-Coburg werd als koning aangeduid.
We mogen hier grandioze schaakzetten vermoeden van groeperingen die voor het oog van het publiek mekaar bestrijden, maar die gestuurd worden door een duistere broederschap. (3)

Waarom dus België ?
Daarvoor moeten we teruggaan tot de Spaanse tijd. Willem De Zwijger (4) gelukte het om een einde te maken aan de materiële en spirituele bezetting door de Jezuïeten van het noordelijk deel van de Nederlanden. Daardoor ontstond het cultureel vacuüm tussen Holland, Duitsland en Frankrijk, dat men Vlaanderen en Wallonië kan noemen.
Men zou kunnen vermoeden dat de wit-magische vormgevers van het Europese organisme in een spirituele pioniergeest deze geografische vrije ruimte overlieten aan haar eigen ferment.
De Vlaming ontving als schilder en dichter impulsen van scheppingskracht uit Holland en Duitsland, en impulsen van Helleense cultuur uit Frankrijk .
Maar andere “pioniergeesten” streefden naar een zwartmagische vormgeving van het Europese continent, namelijk de vernietiging van het individuele karakter van de Europese mensheid en hun naties. Het eens vruchtbare vrije geestesleven werd gestuit door de gedwongen nivellering. Meer en meer zien we dat iedere individueel-autonome toekomst door het EU-kollektief onmogelijk wordt gemaakt. (5)

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. Er zijn dus bepaalde kringen die ingrijpen in de normaal voorziene ontwikkeling der volkeren. De geboorte van de planmatige verwezenlijking van dit voornemen ligt enkele jaren vóór de onafhankelijkheidsverklaring (en daarbij aansluitende Grondwet) van de Verenigde Staten van Amerika. De leiders van de sterkste vrijmetselaarsbewegingen besloten om hun streefdoelen, die tot dan toe gericht waren op de individuele sociale ontwikkeling van de stads- en plattelandsbevolking, te beëindigen en hun krachten uitsluitend te wijden aan de inrichting van een toekomstige wereldregering.
Adam Weishaupt (6), hun woordvoerder, kunnen we volgende uitspraak in de mond leggen – gelet op wat zich de laatste 200 jaar in de wereld heeft afgespeeld :
Er blijven ons 200 jaar om onze machtspiramide in het Westen op te richten. Dit doel bereiken wij slechts als wij erin slagen om in alle scholen en universiteiten van de wereld met behulp van reeds aanwezige tendensen het menselijk denken te beperken tot een zuiver materialistisch opvatten van de wetenschap. Een dergelijk denken garandeert onze vrijheid om te handelen en zorgt tegelijk voor de noodzakelijke camouflage. Uiteindelijk zullen de menselijke zielen verscheuren tot waanzin en dood. Maar slechts op deze manier kunnen wij de impulsen in toom houden die met iedere nieuwe generatie de wereld willen vernieuwen. Daarom moet dit zuiver materialistisch denken in alle staten van de wereld reeds van in het eerste schooljaar in de ziel geplant worden. En ons voornaamste doel zal zijn om alleen de mensen kansen te bieden die uitsluitend in het verstandsdenken de zin van een innerlijk streven ontdekken … (6a)

Tot dergelijke strategieën waren de hoogste kringen van de toenmalige broederschappen zeer zeker in staat. : op spiritueel gebied hadden ze toen al een hoge graad bereikt. Daarmee worden ook de woorden van Rudolf Steiner begrijpelijk die hij sprak over het publiceren van zijn Filosofie der Vrijheid :
Ik liet dit boek uitgeven omdat nog niemand het in 1894 kon verstaan, want overal nog werkte het Latijnse denken tegen …

Een eerste stap namen deze westerse occulte broederschappen in Parijs. De eeuwenlange glorificatie en pracht van de koningen werd in een allesvernietigende storm weggeveegd met de woorden “Vrijheid, Gelijkheid en Broederlijkheid”. Ze slaagden erin om de geknechte massa’s tot de primitiefste gevoelsneigingen te brengen en de hoge betekenis van die drie woorden te misduiden. En zo kon, onder invloed van een leidende opstandige bovenlaag, dat ontzettende bloedbad ontstaan. Vooral door de geesteswetenschap weten wij van de vergeefse pogingen van Christian Rosenkreuz – als de graaf van Saint-Germain- om deze verkeerde ontwikkeling af te wenden.
De antroposofie helpt ons om de zgn. Franse Revolutie dieper te verstaan. Doordat de mens meer en meer in het verstandelijk denken begon te leven, was er met de hulp van de opbloeiende intelligentiekrachten de mogelijkheid gegeven om tot een nieuwe sociale orde te komen die aangepast was aan het wezen van de mens. Die nieuwe situatie nodigde uit om het monarchische element als centraal gezag te overwinnen.

Tegenmachten zorgden ervoor dat na het opruimen van de monarchie alles binnen de kortste keren in de oude plooi viel …
We bekijken even het herrezen monarchendom rond de wisseling van de 18de en de 19de eeuw, met de Corsicaan Napoleon.
Volgens Rudolf Steiner kwam diens ziel toen voor het eerst in de menselijke ontwikkeling (7). Ze kwam ook van Mars, zei hij. Aangezien daar nu Boeddha de ontwikkeling in michaëlische zin leidt, hadden we kunnen verwachten dat deze ziel een spirituele opdracht meegekregen had. Napoleon zou ook van in aanvang verward geweest zijn (wat betreft zijn opdracht). Daardoor is alles wat hij met oorlogsgeweld bereikt heeft voor de ontwikkeling van de mensheid zonder betekenis gebleven. Ook hier is een occulte ingreep niet uit te sluiten : daardoor zouden zijn krachten, die zich eigenlijk tegen een wederopstanding van het koningschap moesten richten omgeleid zijn zodat hij ten slotte op dilettantische wijze het tegendeel verwezenlijkt van wat zijn opdracht was: van volksconsul tot keizer !
Deze zijweg kostte het bloed aan meerdere generaties en versterkte tegelijk het ontkiemende Franse nationalisme waaraan zich het neergaande Latijnse element (8) in Spanje, Italië en Portugal – met de hulp van Rome - nog een tijd kon verwarmen. Dergelijk nationalisme werd het model voor wat nu “tendens” genoemd wordt door de broederschappen die daarmee een nivellering van de evolutie van de afzonderlijke volkeren willen bereiken.

Het nationalisme verkreeg zijn beslissende impuls toen Woodrow Wilson het als drijfkracht voorstelde voor de “bevrijding der volkeren”, waardoor het individu in onvrijheid achterbleef. Niet te verwonderen dat de in het nationale weggezakte volkeren ter ere van Wilson in Genève een paleis opgericht hebben. (9)
Goethe, die op zijn koetstocht naar Wallis in Genève overnachtte, noteerde in zijn dagboek dat over de stad Genève een wolk van komend onheil zweefde. Dat was voor Goethe al een reëel beeld, meer dan 100 jaar vóór Wilson het “zelfbeschikkingsrecht der volkeren” in het sociale fixeerde.
Stap voor stap vervolgen de westelijke broederschappen de sinds 1776 ingeslagen weg van de bewustzijnsverdoving der mensheid. Voor de beschaafde mensheid bleef doorslaggevend wat in Europa gebeurde, of het nu in goddelijke zin gebeurde of in de zin van de satanisch-ingewijden. Deze laatste kunnen zich door een scholing van het wilsleven vrij maken van het denken dat gebonden is aan de voorstellingswereld en door de gedachtenkracht die los staat van het lichaam kunnen ze de vruchten van het werk aan de bewustzijnsziel voor hun eigen kringen monopoliseren. (10)
Een volgende stap na de Franse Revolutie was de vrede van Amiens (11) waardoor Engeland zich verzekerde van een invloed in de Franse en Russische politiek. Engeland was toen de Europese wereldhandelaar met een merkwaardige monarchistische traditie. Maar een ding kon deze wereldhandelaar niet verdragen : concurrentie. Dit was voor de broederschappen terug een tendens die kon gebruikt worden. Want wie alleen kon met Engeland concurreren ? Duitsland.
Rudolf Steiner beschrijft dat indien de Eerste Wereldoorlog drie maand later was uitgebroken, Duitsland op gelijke voet zou gekomen zijn met Engeland in de wereldhandel. Dat is statistisch aantoonbaar. (12)

Het kwam er dus op aan om Duitsland als concurrerende natie gevoelig te verzwakken of fysiek te vernietigen (12a). Dat kon dus de politiek van Engeland zijn, maar de ware bedoeling van die broederschappen lag toch nog ergens anders (12b). De Duitse geest was er tot dan toe in geslaagd om denkwegen te vinden die tot de geestelijke vrijheid van het individu konden leiden. Alleen door oorlogen en de wisselvalligheden die daaruit voortkomen was dat wereldmachtdoel van de westerse loges niet te bereiken gezien de Duitsers politiek totaal geen talent hebben (12c). Het bestaan zelf van een Duitse natie bracht dat doel in gevaar. Engeland moest tot wereldmacht gemaakt worden op kosten van alle andere landen; alleen al door de opiumoorlog werd dat doel in grote mate bereikt. China werd geestelijk en lichamelijk naar de slachtbank gevoerd, en iedere grootgrondbezitter in Engeland heeft zijn fortuin voor een groot deel te danken aan de ontzaglijke winsten die Groot-Brittannië maakte met het gedwongen opiumverbruik der Chinezen. Sindsdien oefent Londen de controle over de wereldzeeën uit.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. Maar hoe kon nu het “Verenigd Koninkrijk” gecombineerd worden met de traditionele monarchie ? Er werd besloten het huis Coburg van Hannover op de Engelse troon te brengen – men probeerde met koningin Victoria. Hoewel zij het levenslicht zag op een van de Kanaaleilanden, bezat ze niet meer de typische Tudor-kenmerken. Eerste minister Disraeli (13) benoemde haar tot Keizerin van Indië. Ook de huidige koningin, Elisabeth II stamt uit deze Joods-Hannoveriaanse lijn en werd gehuwd met prins Battenberg (later verengelst tot Mountbatten). Derhalve wordt het Commonwealth-wereldrijk wel door een Britse, maar niet door een typisch Engelse monarch bestuurd; officieel heeft het Londense Parlement, hogerhuis en lagerhuis, geen meebestemmingsrecht. Eens per jaar brengt de eerste minister van dienst een officieel bezoek aan Buckingham Palace om van de koningin richtlijnen te ontvangen – in werkelijkheid echter om haar op de hoogte te houden van de belangrijkste gebeurtenissen in het wereldrijk, en ook om de ceremoniële reizen vast te leggen die ze in de loop van het daaropvolgende jaar moet maken. Zij geldt ook als de rijkste vrouw ter wereld terwijl niemand aan de weet kan komen hoeveel ze nu werkelijk bezit. Het is maar al te vanzelfsprekend dat het Verenigd Koninkrijk in Maastricht een aparte regeling bedongen en gekregen heeft wat betreft de Britse pond en de euro. Satirisch zou men kunnen stellen dat Engeland zich emotioneel verzet tegen de EU – een EU die het zelf gecreëerd heeft.

Reeds na de ondertekening van de “Single European Act” (14) in Rome in 1987 verklaarde Margaret Thatcher, toen eerste minister, dat Engeland zich niet gebonden voelde door zijn handtekening. Haar minister van Buitenlandse Zaken Sir Geoffrey Howe gaf in mei 1987 te kennen dat de EU over 10 jaar een gemeenschappelijke president zou benoemen voor alle lidstaten. Uit de tekst van het S.E.A. leren we dat de nationale regeringen van de afzonderlijke staten sindsdien over de levensbelangrijke zaken van hun natie niet meer autonoom kunnen beslissen (landsverdediging, rechtspraak, economie enz.)

Aldus leiden de respectievelijke regeringsleiders van de huidige EU-staten in feite een zuiver spookbestaan. In de Economist, het leidende Engelse financiële weekblad, kon men toentertijd lezen:

“ Tot nu toe moesten wij –sinds eeuwen - op het continent het devies ‘verdeel en heers’ in acht houden. Nu is het ons gelukt dat de afzonderlijke lidstaten van de EU met de hoed in de hand in Brussel verschijnen met de smeekbede om hen te helpen van hun nationale onafhankelijkheid af te geraken …”

Drie van de doelen die de geheime broederschappen zich gesteld hadden werden verwezenlijkt dank zij de opiumoorlog.
Het eerste was het vestigen van de Angelsaksische wereldmacht.
Daarbij komt dat de V.S.-economie en financiën in de handen van de Londense financiers geraakte, die nu in Washington de Amerikaanse bankbiljetten drukken. De Amerikaanse burger gelooft, en dat sinds zeker 1915, dat de Fed –de Federal Reserve- de centrale bank van de Verenigde Staten is die het volk, d.i. het Congres, en dus de Amerikaanse regering dicteert welke trends moeten gevolgd worden, of bvb. de rente omhoog of omlaag moet (15). En de Amerikaanse burger gelooft ook dat zijn regering voortdurend leningen aangaat bij deze ‘centrale bank’, en daar ondertussen biljoenen dollars schulden heeft.
Dit geloof wordt periodiek door het Witte Huis uitgebuit om bvb. te besnoeien op sociale uitkeringen. Dit gebeurde in het bijzonder ook toen men planmatig de boeren ruïneerde om het westelijke ‘Agricultural Program’ te kunnen verwezenlijken, het evenbeeld van de installatie van de collectieve boerderijen (sovchozen) in de voormalige Sovjet-Unie. (16)
Deze maskerade werd zover gedreven dat George Bush sr. op het einde van de Golfoorlog verklaarde dat er geen geld meer was om de volgende maand de lonen van de ambtenaren te betalen. Door de ontzaglijke uitgaven van de woestijnoorlog, waarvoor de V.S. een half miljoen soldaten plus het zwaarste oorlogsmateriaal over de oceaan en weer terug moest transporteren, verzocht hij het Congres om een extra-voorschot. Washingtons bureaucraten geraakten in paniek en waren op het ergste voorbereid. Maar dan ineens kon het Congres toch het reddende kapitaal tevoorschijn toveren.
Enkele weken later kondigde het Pentagon aan dat het de nieuwe Stealth-bommenwerper in serie ging bouwen, prijs per stuk ongeveer een miljard dollar. Dat zou het snelste en zekerste aanvalsvliegtuig op aarde moeten zijn, dat met 6 of 7 keer de geluidssnelheid met volle bewapening en zonder tussenlanding ieder doel op aarde kan bereiken.

Bevoegde experten in de V.S. hebben het vermogen om causaal te denken berekend. Volgens hen bedraagt het historisch geheugen van de doorsnee-Amerikaan slechts 2 tot 3 weken omdat zijn denken zich maar beweegt in het causale principe zoals dat door de duizend TV-zenders aangewend wordt. Daardoor is een ‘terugvallen’ op een zelfstandig denkproces dat berust op onderscheidingsvermogen (discernment) in het Westen niet meer te vrezen, met uitzondering van enkele individuen. (16b)

Naast sociaal-economische manipulaties werd met de opiumoorlog nog iets anders beoogd. Een tweede doel was namelijk het opwekken van een diepe haat van het Oosten t.o.v. het Westen, wiens vaandeldrager de politieke sfinks China is en nog voor lange tijd zal blijven (16c). Bekijken we dit even van naderbij.
Het boeddhisme dat zich gedurende twee eeuwen ontwikkelde in het Chinese volk,bevatte helemaal niet het martiale element dat het in Japan had. In Japan zou de Christusimpuls vandaag opgekleefd lijken, zegt Rudolf Steiner.
In China heerste de vooroudercultus in iedere boerenhut en verbond de geïncarneerde zielen in de diepste verering met de natuurgeesten. Het was een gebruik dat de boer die een boom in de buurt van zijn hut moest vellen, langzaam daar naartoe stapte terwijl hij gebeden prevelde en de boom duidelijk maakte welke reden hem ertoe bewogen om hem om te hakken en om de natuurwezens die deze boom bewoonden vergeving te vragen voor zijn voornemen. Zoals in de armzalige kasbah (16d) van de Russische boer sinds de tiende eeuw de icoon als zinnebeeld voor het hogere diende waar de mensenziel naar streeft, vereerden de Chinezen de voorouders naar wie ze in diepe verering opkeken. In tegenstelling daarmee bleven de in Japan geïncarneerde zielen volledig ondergedompeld in de regelingen die door hun bloedsgemeenschappen opgesteld waren. In Japan bleef de individuele liefde tussen mensenparen tot het begin der 16de eeuw volledig onderworpen aan de regels van de stam; de liefde kon en mocht niet ingrijpen in de biografieën. Het Chinese boeddhisme daarentegen heeft bijgedragen tot de verdieping en verfijning van de gevoelswereld die nog altijd een oud-Atlantisch karakter droeg. Het veredelde geleidelijk dit gevoelsleven en integreerde het in de voortschrijdende culturen van de na-Atlantische periode.
Boeddha kon hier door het confucianisme en de traditie van de mandarijnencultuur het vermogen tot medelijden als basis gebruiken voor de opname van de Christus-impuls, en aldus China’s oud-Atlantische karaker omvormen. Dat was iets dat bepaalde westerse kringen als niet verenigbaar met hun eigen doelstellingen zagen en deze ontwikkeling kon slechts door de gewelddadige invoering van het bolsjevisme gestopt worden. Het derde doel van de onder de Ahrimanisch tegenschool staande ingewijden van de westerse geheime broederschappen dat door de opiumoorlog moest bereikt worden was de omleiding van de tot incarnatie in Chinese lichamen bestemde zielen naar Europa. Dat voltrok zich als gevolg van de fysieke degeneratie van de Chinese lichamen door het opiumgebruik.

Het omleiden van de zielen die bestemd waren om in China te incarneren werd een grote hindernis voor de ontplooiing van de Christus-impuls in Midden-Europa. Wij hebben nog niet van een poging gehoord in antroposofische kringen om het fenomeen van de rassenimpuls in de Duitse cultuurwereld te overdenken, laat staan te onderzoeken. (16 e)
Een dergelijke impuls schijnt voor het ondertekenen van het verdrag van Versailles en het opkomen van de nationaal-socialistische groeperingen niet aanwezig te zijn geweest. (17)
Praktisch betekende echter het omhoogdringen van die onderste klassen van de Duitse bevolking het gewelddadig einde van Rudolf Steiners pogingen om interesse te wekken voor de driegeleding van het sociale organisme.

Er zou ook eens moeten onderzocht worden welke tendensen het zijn en waren die vooral sinds 1975 (uitgaande van het bestuur van de Allgemeine Anthroposophische Gesellschaft) antroposofen wilden beletten om symptomatologische geschiedkunde en vooral dan het fenomeen van de geheime genootschappen te bestuderen. Dergelijke studies zullen in het derde millennium een verplicht vak moeten worden in het streven naar antroposofische inzichten.
De voordrachten van Rudolf Steiner uit het jaar 1916 werden verbazingwekkend genoeg pas een halve eeuw later uitgegeven, namelijk in 1968 en zijn alweer sinds enige tijd uitverkocht (18). Aldus lieten de antroposofen die daar verantwoordelijk voor waren die broederschappen een halve eeuw vrije speelruimte. Of waren ze alleen maar ten prooi aan de gemakzucht waarvan Rudolf Steiner zei dat ze de Antroposofische Vereniging geestelijk zou vernietigen ? (19)
De antroposofen moeten er zich eindelijk rekenschap van geven dat het luttele deel van de mensheid dat zich voor de antroposofie interesseert, daardoor pas de oerfenomenen van de beschavingscrisis kan begrijpen en aldus de enige hoop voor de geestelijke wereld vormt. Van de ingewijde kregen ze het materiaal om zich een oordeel in het sociale te kunnen vormen, het onderscheidingsvermogen zodanig te ontwikkelen om daarmee de sabotages in het culturele leven –onder de auspiciën van de Jezuieten en geheime genootschappen- symptomatologisch te herkennen en daardoor de volledige vernietiging van het vrije geestesleven te kunnen verhinderen.

.


Op een dag kwam eens een ouder lid van de Vereniging opgewonden zwaaiend met een krantenartikel op Rudolf Steiner toe met de woorden ‘Dergelijke leugens kan men toch niet zomaar laten passeren !’ Rudolf Steiner antwoordde ongeveer als volgt : Als u iets wil doen, zet u dan achter uw schrijftafel en herschrijf het artikel zodanig dat de waarheid naar voor komt, daarna kunt u het verscheuren. De geestelijke wereld heeft mensen nodig die de leugens in waarheden omdenken, een andere mogelijkheid is er niet om tegen die machten op te tornen, voegde hij eraan toe.
Vergeten we ook niet dat de mens sedert de verdrijving uit het paradijs in de Lemurische periode, meer en meer de verantwoordelijkheid moet overnemen voor war gebeurt op de aardeplaneet. Was er sinds de dood van Rudolf Steiner één enkel bestuurslid van de Allgemeine Anthroposophische Gesellschaft dat gepoogd heeft om de leden duidelijk te maken dat sedert de gebeurtenissen in Lemurië de hiërarchieën zich geleidelijk afgewend hebben van de gebeurtenissen op de fysieke aardeplaneet omdat nu de mens zelf, voor zover hij op weg is om de tiende hiërarchie te worden - tot ‘leesboek’ is geworden van de goddelijk-geestelijke machten, en hij hun moet openbaren wat in de aarderuimte geschiedt ? Wij kunnen deze vraag met een gerust gemoed ontkennend beantwoorden.

In zijn tijd nam Rudolf Steiner iedere morgen verschillende kranten door en las bepaalde artikelen. Vele leden verwonderden zich daarover, dat stond toch in krasse tegenspraak met zijn helderziendheid. Ze wisten toch van hem zelf dat kranten lezen de slechtste manier was om het verstandsdenken te ontwikkelen. Maar ze schudden het hoofd en waagden het niet een vraag te stellen.
Op een dag, het was nog in Berlijn, heeft een lid dit kranten lezen van Rudolf Steiner overgenomen. Slechts tientallen jaren later drong het door waarom het eigenlijk ging. Maar nog op de dag van vandaag zit het niet in het bewustzijn van de mensen die het eigenlijk zouden moeten weten. (20)
Het gaat erom de bijzonder waarheidsvervormende artikels ‘s morgens zo vroeg mogelijk inhoudelijk op te nemen en in waarheid om te denken, op een tijdstip dus, waarop reeds massa’s lezers riskeren om door deze berichten valse beelden in hun onderbewustzijn op te nemen (21). Wanneer er echter mensen zijn die bepaalde waarheden kennen en de leugens doorzien, dan bewerken die door hun bewust lezen van de leugens dat bij de talloze lezers dezelfde leugenartikels niet zo sterk het onderbewustzijn kunnen schaden.
Zo offerde Rudolf Steiner dus zijn kostbare tijd op om bij de argeloze mensen, de doorsnee-krantenlezer, de vergiftiging door dergelijke leugens te verminderen.



Voetnoten van de auteur en toevoegingen door fdw

. (1a – fdw) In mei 2004 kwam in het nieuws dat een Amerikaans burger in Irak onthoofd was. Deze terechtstelling was gefilmd en op video verspreid over de ganse wereld. Volgens de Amerikaanse regering was dit het werk van het terreurnetwerk Al-Qaeda, meer bepaald van de Jordaanse terrorist Zarqawi. Bewust of onbewust creëert of bevestigt dit bij de Westerse bevolking een beeld van de Oosterling, de moslim als een bloeddorstige terrorist. Onafhankelijke politieke waarnemers op het internet vonden het verdacht dat een dergelijke video opdook, net op het moment dat de Amerikaanse politiek in Irak zwaar gecompromitteerd werd door berichten over het systematisch folteren door U.S.-militairen.
De video werd gelanceerd op een obscure Oosterse website. Van zodra het effect in de Amerikaanse media bereikt was, verdween deze website. Gelukkig hadden vooruitziende critici het filmpje gekopieerd. Ze bekijken de video beeld per beeld, luisteren naar de officiële versie en ontdekken al vlug discrepanties:

1) De man die aangeduid wordt als Zarqawi spreekt niet met een Jordaanse tongval. Zarqawi heeft of had maar één been en kon niet rechtop stappen, geen enkele van het groepje moordenaars had een prothese of liep moeizaam.
2) De onthoofding was geënsceneerd, er was geen spoor van spuitend bloed. Er werd een mens getoond, dan wat rommelige beelden, dan werd het hoofd getoond, niets van druipend bloed, een zuivere snede die onmogelijk ter plekke met een mes kon gemaakt zijn.
3) Het slachtoffer was eerst gearresteerd door Amerikaanse militairen als verdacht persoon. Dan was hij zogezegd vrijgelaten geweest en de volgende dag ontvoerd door 'terroristen'. Merkwaardig dat hij toen nog zijn oranje gevangenisplunje droeg. Men zou verwachten dat iemand dat zo vlug mogelijk uittrekt wanneer hij op vrije voeten komt.
4) Al de moordenaars waren naar Irakese normen vet en zwaar gebouwd. Weinig waarschijnlijk voor ondergedoken moejahidin.
5) De handen van de moordenaars waren zeer blank voor Arabieren.
6) De kreet op de video is die van een vrouw, volgens experts op amateuristische wijze toegevoegd aan de beelden.
7) Een bendelid droeg een AK-47. In feite was het de Israelische Gilal-versie daarvan.
8) Zarqawi, de moslimfundamentalist, draagt een gouden ring, wat voor mannen absoluut verboden is door de Islam.
9) De video is een montage van twee video's. In de rechterhoek onderaan zien we telkens een ander uur aangegeven naargelang het beeld van de ene of de andere camera genomen werd.
10) De man in zwart voert de onthoofding uit en dan ineens wordt het hoofd omhoog gehouden door die met het witte masker.
11) De tijd op de video is aangegeven in het 24uur-schema, dat is de militaire vorm. De normale weergave op video is met a.m./p.m.
12) De moordenaar uiterst links staat in de militaire 'rust ter plaatse'-houding.
13) De stoel is van hetzelfde model als men ziet op foto's in de Aboe Graib-gevangenis.
14) Op een bepaald beeld ziet men even een flits van een zeer wit oor, met een deel van een baseballpet.

Conclusie: alles wijst erop dat dit maakwerk in de Aboe-Graibgevangenis gefilmd werd. Een deel van de video toont Berg bij de gebruikelijke ondervraging. Daarom is hij zo ontspannen. Dan heeft men beelden gemaakt van het onthoofde lichaam en getracht het als een live-onthoofding voor te stellen. Dit is het werk van een Amerikaanse militaire geheime dienst. Het slachtoffer Nick Berg stond op een zwarte lijst als vredesactivist. Hij werd vermoord en onthoofd door (of minstens met medeweten van) Amerikanen. Achteraf werd een film gemonteerd met de bedoeling om de publieke aandacht van het folterschandaal af te leiden naar de zgn. onmenselijke brutaliteit van het Irakees verzet en de "moslimterroristen" in het algemeen. Doordat het commando onder geweldige tijdsdruk stond, werd de zaak net iets te slordig aangepakt.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

(1b) Dat doet men aldus : men schoolt bepaalde persoonlijkheden die daarvoor aanleg hebben, tot medium. Dan brengt men ze in een mediale toestand en men leidt door bepaalde handelingen de stromingen van de geestelijke wereld naar het medium. Zo kan het medium bepaalde geheimen te weten komen die op geen andere manier te kennen zijn dan doordat iemand die een gewelddadige dood gestorven is in de andere wereld krachten gebruikt die hij eigenlijk op deze wereld nog had kunnen gebruiken. Hij komt als ziel achter bepaalde geheimen en die worden aan het medium doorgegeven.” – ( GA 178, blz. 87)
(fdw): Zo zou men bvb. de ziel van de vermoorde Nick Berg (zie 1a) daarvoor kunnen gebruiken.

. (2-fdw) Over de opiumoorlog: in de 19de eeuw zorgde de handel met China voor een serieus handelstekort voor Engeland. In Engeland was grote vraag naar thee, zijde en porselein, maar in China was geen vraag naar Westerse goederen, dus stroomde het geld van het Westen naar China. Engeland begon in China een behoefte te kweken, namelijk het gebruik van het opium dat in de Indische kolonies geteeld werd. In 1820 werden een kleine 10.000 kisten opium naar China gesmokkeld, 15 jaar later was dat al 35.000 kisten. In 1830 was het gebruik epidemisch geworden, bijna iedere man onder de 40 rookte, gans het leger was verslaafd, samen met 12 miljoen anderen. China kon niet genoeg meer exporteren om zijn handelsbalans in evenwicht te houden, dus werd zilver geëxporteerd. In het jaar 1837 was dat al ten bedrage van 4,5 miljoen Spaanse dollars. In 1839 verbruikten de Chinese opiumschuivers 100 miljoen taels terwijl de regering in dat jaar slechts een inkomen had van 40 miljoen. Toen China import en verbruik drastisch wilde beperken, grepen de Engelsen in. De oorlog duurde van 1840 tot 1842 en na afloop was China verplicht om in te stemmen met alle Engelse eisen. De Chinese economie werd totaal geruïneerd, werkloosheid en armoede voor jaren verzekerd, de voedingsbodem was klaar om in de volgende eeuw het bolsjevisme in te voeren.

. (3) Rudolf Steiner in GA 167, blz. 104 : “Bedenkt u eens wat men kan bewerkstelligen wanneer men beschikt over een dergelijk apparaat. Op een bijzonder efficiënte wijze is daarmee gewerkt, door tezelfdertijd zowel Jezuïeten als Vrijmetselaars in beweging te zetten, zonder dat noch de Jezuïeten, noch de Vrijmetselaars het zelf in de gaten hadden, in een bepaald land dat zo ongeveer in het Noordwesten van Europa ligt, tussen Holland en Frankrijk. Van daar waren bijzonder sterke werkingen uitgegaan, niet in de allerlaatste tijd, maar doorheen lange periodes, die zich zowel van de ene als van de andere stroming bedienden en die velerlei hebben kunnen bewerkstelligen.”

. (4) Willem van Oranje, ook de jongere of de Zwijger genoemd. In 1937 vertelde W.J. Stein in Brussel aan schrijver dezes dat dit de voorlaatste ingewijde koning van Europa is geweest. Op mijn vraag wie dan wel de laatste was antwoordde Stein : Edward VIII van Engeland die in werkelijkheid afgezet werd en historisch uitgegomd werd door de lelijkste lasterpraat omdat hij zich begon te interesseren voor de idee van de driegeleding van het sociale organisme.
( fdw) : Voor de gewone geschiedschrijving deed Edward VIII troonsafstand omdat hij wilde trouwen met een Amerikaanse gescheiden vrouw. Hijzelf vertelde, een jaar na zijn troonsafstand, sindsdien slechts de Hertog van Windsor, dat hij ten val was gebracht, gedeeltelijk door duistere intriges, maar vooral wegens zijn gezonde sociale instincten en Duitsvriendelijke gevoelens. ( blz. 73 in “Churchills War Vol. 1” van David Irving) .

(5) De vroegere bondskanselier Helmudt Schmidt had het eens in een TV-uitzending over de positieve en negatieve aspecten van de aanspraak van de EU om het hoogste regeringsniveau te worden in continentaal Europa, ongeveer in deze zin :
De EU beging een reusachtige fout toen ze haar dirigisme uitbreidde tot de voedselvoorziening van de 320 miljoen EU-burgers. In het gebied van landbouw en veeteelt enz. zou de EU niets mogen te zeggen hebben, dat zou de bevoegdheid van iedere afzonderlijke natie moeten blijven.

. (6) Adam “Spartacus” Weishaupt stichtte op 1 mei 1776 in Ingoldstadt de orde der Illuminaten, een geheime orde die oorspronkelijk de naam “Perfectibilisten” droeg en een ‘geheime wijsheidsschool’ moest zijn. De orde moest ‘zelfstandig denkende mensen uit alle werelddelen, van alle standen en religies, zonder in hun denkvrijheid in te grijpen, duurzaam verenigen in een enkele band door een gegeven hogere interesse, om de menselijke maatschappij te vormen tot een meesterstuk van het vernuft en in haar en door haar de hoogste vervolmaking van de regeringskunst bereiken. Aangezien Weishaupt zelf door Jezuïeten was gekweekt, droeg hij de opvoedingsprincipes van de Jezuïeten over op zijn schepping, deelde de leden in in graden naar vrijmetselaarsvoorbeeld en gaf de leden oudklassieke ordenamen … ( Der Grosse Brockhaus, 1931, deel 11, blz. 35)

. (6a - fdw) Vergelijk Jos Verhulst in De Witte Werf van januari 2001 :
DE KOMENDE REGERING DER ILLUMINATEN
Boekbespreking: Michel Schooyans (2000) "La Face cachée de L'ONU" Paris: Le Sarment
Supra-nationale organisaties bedreigen steeds meer de soevereiniteit van de nationale staten. Voor Michel Schooyans, priester-hoogleraar emeritus aan de UCL, gaat de grootste dreiging momenteel uit van de UNO. Het 'illuminisme'
Schooyans noemt de momenteel in UNO-kringen dominerende ideologie het `illuminisme' en karakteriseert ze als volgt:
"Ieder van ons is volledig vrij om zijn waarheid te kiezen en zijn geweten te volgen. Er bestaan enkel maar individuen, meer of minder begaafd, sterker of zwakker, maar geen deelgenoten aan dezelfde menselijke natuur. Vermits er geen gemeenschappelijke menselijke natuur bestaat, is er ook geen natuurlijke maatschappelijke binding of solidariteit. De betekenis van vitale en zingevende sleutelbegrippen (recht, familie, waarden, waarheid, trouw, geluk...) hangt af van vrij gekozen afspraken. Karakteristiek voor deze nieuwe, omgekeerde en perverse kijk op de mensenrechten, is het primaat van de wil van de `sterfelijke god', boven de waarheid" (1 - p.37).
Met andere woorden: het denken wordt inzake maatschappelijke aangelegenheden opgegeven, in plaats daarvan komt een willekeurige `consensus'. Het illuminisme is gebaseerd op een leeg individualisme. In een rationeel-spirituele mensvisie hebben de mensen, ondanks hun individueel verschillende eigenschappen, toch een gemeenschappelijke grond, namelijk in het denken. Stellingen als '3 + 2 = 5' of 'democratie impliceert, dat geen enkele instantie een wet kan invoeren tegen de meerderheidswil in' , hebben een objectieve begripsmatige inhoud die voor alle mensen toegankelijk is. Deze stellingen zijn m.a.w. geen individuele creaties, die bij verschillende mensen een verschillende inhoud krijgen. Juist door dit feit kunnen mensen elkaar in principe begrijpen, en het is deze mogelijkheid tot onderling begrip die dan weer democratie mogelijk maakt. Het bestaan van objectieve gedachteninhouden als zodanig is niet verenigbaar met een eenzijdig materialistische wereldbeschouwing. Het illuminisme, dat volgens Schooyans wortelt in een materialistische levensvisie, vertoont daarom de tendens om het in wezen spirituele concept van 'objectieve waarheid' te vervangen door het begrip `consensus'. In alle mogelijke UNO-teksten, of in politiek correcte teksten in het algemeen, schiet deze term `consensus' als een distel omhoog.
(Het volledige artikel in het archief van directe democratie )

. (7) Rudolf Steiner in GA 185, blz. 42 :
“ … ik kan ze niet vinden (de ziel van Napoleon) en ik geloof ook niet dat ik ze ooit zal vinden, want ze bestaat waarschijnlijk niet. En dat zal dan het raadsel van dit Napoleon-leven zijn …”

. (8) In GA 173, de voordracht van 18 december 1916 legt Rudolf Steiner de “neergang der Latijnse volkeren” in de mond van die broederschappen.

. (9) Rudolf Steiner in GA 186 :
“ Bij wijze van grap zou ik u willen aanraden om de grote aankondiging te lezen die in de “Basler Nachrichten” verschenen is op de laatste bladzijde, en waarin wordt opgeroepen om alles te doen voor de grootste dag in de geschiedenis van de wereld, de dag dat het Wilsonianum gegrondvest wordt.”

. (10) Rudolf Steiner in GA 185, blz. 48 :
“ … Het streven van verschillende orden om het ontwaken van de bewustzijnsziel uit te doven zodat enkele individualiteiten dit ontwaken in de bewustzijnsziel voor zichzelf kunnen gebruiken … En wij zien … hoe zich datgene ontwikkelt wat naar een emancipatie van de persoonlijkheid wil, wat de nationaliteit wil overstijgen en naar het algemeen-menselijke wil. Alleen kan het zich niet normaal zelfstandig ontwikkelen omdat daar altijd die tegenstroming is van die ordes die, vooral in Engeland, gans het openbare leven vreselijk aangetast hebben …” .

(11) Op 27 maart 1802 sloten Engeland met Frankrijk, Spanje en de Bataafse Republiek (de in januari 1795 naar Frans model ingerichte Nederlandse Republiek, die in 1806 tot het Napoleonitisch koninkrijk Holland omgevormd werd) de vrede van Amiens :
‘ Het gaf de drie andere staten hun koloniën behalve Ceylon en Trinidad terug, terwijl Frankrijk zich uit Italie en Egypte terugtrok en de orde der Johannieters Malta zou terugkrijgen. Turkijes soevereiniteit over Egypte en de Ionische eilanden werd erkend en sloot zich op 13 mei aan bij het vredesverdrag. (Der Grosse Brockhaus, 1929)

. (12) Rudolf Steiner in GA 173 :
“ Had de Europese ontwikkeling nog een jaar verder gegaan zonder dat de oorlog er tussen kwam dan had misschien bij de Duitse export een groter cijfer gestaan dan bij de Britse. Dat mocht niet zijn !”

. (12a - fdw) Eugen Gerstenmaier, weerstander en voormalig president van de Duitse Bundestag 1954-1969, (in de Frankfurter Allgemeine Zeitung van 21. 3. 1975) : “ Wat wij in de Duitse weerstand tijdens de oorlog niet echt wilden begrijpen, hebben we achteraf in den treure beseft, dat de oorlog niet tegen Hitler gevoerd werd, maar tegen Duitsland.”

. (12b - fdw) Waarom vocht Engeland de Tweede Wereldoorlog tegen Duitsland ? Volgens Churchill voor de vrijheid van de Polen die overrompeld waren door het Duitse leger, en voor het behoud van het Britse imperium. In 1945 waren de Polen hun vrijheid pas goed kwijt, en de Britten ook hun imperium. Maar Midden-Europa lag in puin. Was dat misschien van in aanvang de bedoeling geweest ?

. (12c - fdw) Otto v. Bismarck 1863 in de Pruisische Landtag :
“ De neiging om enthousiast vreemde nationaliteiten en nationalismen te omarmen, ook dan wanneer die maar kunnen verwezenlijkt worden op kosten van het eigen vaderland, is een politieke ziekte die geografisch gezien spijtig genoeg alleen beperkt is tot Duitsland. “
We zouden er durven aan toevoegen : én Vlaanderen, als we zien hoe generaties Vlamingen hun Vlaming-zijn opgaven, verloochenden, en zelfs begonnen te haten ter wille van de Franstalige Belgische staat.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. . (13) Benjamin Disraeli, Earl of Beaconsfield (1804-1881), in 1837 in het Lagerhuis, Prime Minister in 1868 en van 1874 tot 1880).
(13b – fdw) Disraeli was ook een schrijver. Zijn bekendste werk is “ Coningsby “(1844), een roman over de politieke zeden van de hogere klassen in Engeland. In het voorwoord van dit werk legt hij uit dat hij een lans wil breken voor wat Joden voor de Westerse beschaving hebben gedaan. Merkwaardig genoeg voert hij dan een Hebreeuw ten tonele, Sidonia, die innemend en sympathiek is, maar voor de rest volledig beantwoordt aan het beeld dat Hitler van de Jood had : “ He was a man without affections. It would be harsh to say he had no heart … Woman was to him a toy, man a machine. “ Dan laat hij dit personage uitleggen hoe hij en zijn geloofsgenoten achter de schermen vorsten en oorlogen financieren, en hoe hij overal in de hoogste functies andere Joden ontmoet : de Russische minister van Financien, Graaf Cancrin, zoon van een Jood uit Litouwen; de Spaanse minister, Senor Mendizabel, de zoon van een gedoopte Jood van Arragon; de Franse maarschalken, Soult en Massena, wiens echte naam Manasseh was; de Pruisische minister, Graaf Arnim. Vervolgens laat hij dit personage de lof steken van de raszuiverheid zoals de Joden die altijd voor hun eigen volk in acht hebben genomen en waardoor ze farao’s, Babyloniërs, Romeinen en de Middeleeuwen overleefd hebben (blz. 201 en 232 van de uitgave van 1907, New York, The Century Co.).
Dit alles geschreven in 1844, door een man die zelf Jood was!
De antroposoof herkent in de beschrijving niet het beeld van dé Jood, maar van het Ahrimanisch geïnspireerd mensentype, bij wie het uiterst scherpe verstand rechtstreeks het wilsgebied commandeert, zonder dat het middengebied van het hart (de Christus-impuls) kan spreken.

. (14) De Europese Eenheids Akte werd op 17 en 28 februari 1986 In Luxemburg en Den Haag ondertekend door Tindemans, Barry, Elleman-Jensen, Andreotti, Genscher, Goebbels, Papoulias, van den Broek, Fernandez Ordonjez, Pires de Mirande, Dumas, Chalker. Ze werd geratificeerd door de presidenten en koningen van de respectievelijke landen op 19 juni 1987 in Rome en trad in werking op 1 juli 1987.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. . (15-fdw) Over de Federal Reserve : de auteur gaat hier niet dieper op in maar het ontstaan van de Federal Reserve in 1913 is een mooi voorbeeld van de manier van werken van hoge financiële kringen, in dit geval niet eens occult want alle namen zijn bekend. Wat wel occult is, is hun werking, in de zin dat ze enerzijds een actie laten ondernemen zonder dat iemand weet dat zij erachter zitten, en anderzijds zelf de oppositie organiseren om het bedrog compleet te maken. Op een slinkse manier deden zij een wet stemmen die de bevoegdheid om geld te creëren overdroeg van het Congres (= de soeverein, het volk) naar enkele privé-bankiers (de Money-Trust). Het toppunt was dat de verdedigers van deze wet in het Congres echt overtuigd waren dat ze handelden voor het welzijn van het land. Het was president Wilson die voor loopjongen speelde, dezelfde Wilson waar Rudolf Steiner zo op gebeten was wegens zijn “zelfbeschikkingsrecht der volkeren”.

. (16) De man die dit moest uitvoeren in de V.S. pleegde zelfmoord toen hij begreep hoe de boeren bedrogen waren. Zijn afscheidsbrief werd nooit gevonden!

. (16b - fdw) Uit Het Belang van Limburg van 7 april 2004 :
“ Hitler heeft niet bestaan"
Meer dan 10 procent van de Britten denkt dat Adolf Hitler nooit echt bestaan heeft. Nog straffer: 1 op 3 gelooft dat zijn tijd- en geestesgenoot Benito Mussolini óók verzonnen is. Anderzijds meent meer dan de helft van de Britten dat Koning Arthur echt bestaan heeft en 1 op 20 denkt hetzelfde over Conan the Barbarian - hoewel dat gewoon Arnold Schwarzenegger in dierenvel was.
De peiling naar de historische kennis van 2.069 volwassen Britten werd uitgevoerd door Blenheim Palace naar aanleiding van de 300ste verjaardag van de Slag bij Blenheim, één van de grootste Britse militaire overwinningen ooit. Overigens wist minder dan 12 procent dat John Churchill - voorvader van Winston Churchill - de winnaar van die slag was. De geschokte onderzoekers vonden de resultaten "absurd en deprimerend" en gaven onder andere Hollywood-films de schuld van het vervagen van de grens tussen historisch feit en fictie.
fdw: maar ook het falend geschiedenisonderwijs.

. (16c - fdw) Is het opwekken van diepe haat misschien ook de reden van de ongelooflijke brutaliteit waarmee Israëli’s en Amerikanen resp. de Palestijnen en Irakezen te lijf gaan ?

. (16d - fdw) ) De schrijver bedoelt: izbah. Kasbah is Arabisch voor ‘versterkt huis’ )

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. .

(16 e - fdw) Sindsdien zijn er in het Westers maatschappelijk leven Oosterse tradities geslopen:
- het mandarijnendom: een schoolsysteem dat erop gericht is iedere individuele impuls te verstikken, dat alleen de grootste conformisten trapsgewijs laat opstijgen tot de hoogste functies, nadat ze door het afleggen van talloze testen en examens hun volgzaamheid bewezen hebben.
- het betrouwen op de overheid, die in China van oudsher de amorfe massa van werkslaven organiseerde om grote irrigatie – en dijkwerken te laten uitvoeren. Altijd weer wordt de nadruk gelegd op het nut daarvan voor gans de bevolking, maar dat de menselijke samenleving op een termietenstaat gaat lijken, dat bewustzijn wordt verdrongen.

. (17) Zeer goed wordt dit gebeuren gekarakteriseerd in Ernst Jüngers novelle ‘Auf den Marmorklippen’

. (18) Volgens de catalogus van het Rudolf Steiner Verlag is een nieuwe bewerking en uitgave in voorbereiding. Een datum wordt niet opgegeven – misschien afhankelijk van de ‘politieke situatie’ ?

. (19) Hoewel Marie Steiner na de Tweede Wereldoorlog aan enkele persoonlijkheden een privédruk van deze voordrachten overhandigde (Zeitgeschichtliche Betrachtungen, tegenwoordig GA 173/174) kwam er geen beweging in de zaak. Het schijnt dat de voordrachten zelfs op onbegrip en afwijzing stieten. Had de geest van de heropvoeding (van de Duisters door de Amerikanen na de Tweede Wereldoorlog – fdw) deze antroposofen toen reeds in zijn greep ?
Wie daarentegen gelooft dat het nagelaten werk in het Goetheanum beter verzekerd is (dan in de handen van Marie Steiner – fdw), moet volgende dialoog maar eens lezen die te horen was naar aanleiding van de Algemene Vergadering van de AAG op 29 december 1946, en die aangeeft waar het feitelijk om ging bij de zgn. Nachlaßstreit :
Karl Baschlin (werkgroep Nagelaten Werk – Nachlaß) :
“ … Er is geen conflict tussen de Werkgroep Nagelaten Werk enerzijds en de Antroposofische Vereniging anderzijds, daar zijn absoluut geen tegenstellingen. Als men de tegenstellingen bij de juiste naam noemt dan moet men zeggen : het is de Werkgroep Nagelaten Werk enerzijds en de kliek Dr. Fränkl anderzijds. Daarmee krijgt gans deze kwestie een ander aspect. Men wil dat het Nagelaten werk in de handen van Dr. Fränkl komt. (er wordt tussen geroepen : Ik protesteer tegen deze pastoor ! Neem dat van die kliek terug!)
We hebben dus kunnen meemaken dat woorden weggelaten worden. Ik zou het met lede ogen aanzien als het werk van Dr. Steiner in de handen valt van iemand die woorden van Dr. Steiner doorstreept.
Dr. Fränkl roept daartussen : “Of, die volledige bladzijden weglaat …”
(geciteerd uit Beiträge für ein freies Geistesleben nr. 8-10, jan./feb. 1947)
Dit is maar een blik op de ‘tendensen’ die toen in de AG leefden. Ondertussen schijnen die ook overgewaaid te zijn op de Werkgroep Nagelaten Werk. Men kan daar van leidende persoonlijkheden eigenaardige uitlatingen horen over het werk van Rudolf Steiner. Zo stelde Dr. Walter Kugler in een interview dat men slechts in bepaalde gevallen van mening kon zijn dat de ‘Arbeidersvoordrachten’ moeten vernietigd worden aangezien er ook ‘juweeltjes ‘ in staan … Toen de Scandinaviërs vroegen of ze bij hun vertaling konden gedeeltes weglaten (waar Rudolf Steiners woorden politiek niet correct zijn –fdw) gaf men hun de raad de voordrachten volledig weer te geven en in het voorwoord stelling te nemen tot de betreffende passages … (Flensburger Hefte nr. 41) De ‘onvolkomenheden’ van Rudolf Steiner wil men dus in zijn boeken direct ‘corrigeren’.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

. .

(20) De overleden eerste voorzitter ( Manfred Schmidt-Brabant - fdw) heeft deze zaak bij gelegenheid vernoemd, maar eerder als anekdote dan als een oproep tot eigen initiatief.

.

(21) Rudolf Steiner in GA 169 blz. 132 : “ Juist het vluchtige van het journalistiek materiaal … dringt oneindig diep door in het onderbewuste”.



Verder naar het tweede deel.

Terug naar de inhoudstafel.